

- di 22 mei 2018
Debat in Leuven: ‘Hoe belangrijk is neurowetenschap voor opvoeding en onderwijs?’ - wo 23 mei 2018
Janusz Korczakmiddag in Maastricht - vr 25 mei 2018
Inspiratiemiddag over de ‘binnenkant’ van leerlingen in Amersfoort - Bekijk meer agenda punten
- za 26 mei 2018
Gratis proeven aan Pedagogische Tact of Pedagogisch Leiderschap - di 29 mei 2018
Meetup 0183 – Gorinchem: “Buiten de lijntjes” - wo 30 mei 2018
Masterclass in Rotterdam: Film ‘Iedereen is leraar’ en bezoek aan De Kleine Wereld - vr 01 jun 2018
Centrum voor ErvaringsGericht Onderwijs organiseren D-Day in Nijmegen-Lent - wo 06 jun 2018
Onderwijsavond Gert Biesta en Luc Stevens (uitverkocht): ‘Volwassenheid gewogen: Onderwijs op menselijke maat’ - do 07 jun 2018
Rond de tafel #3 in Utrecht: Perspectieven op filosoferen met kinderen en jongeren - do 07 jun 2018
Studiedag ‘Scoren in samenspel’ – Gent

Absolute noodzaak: altruïsme hetkind.org/2018/04/26/nie…

- Gert Biesta: ‘De wal keert het schip: velen accepteren de smalle definitie van onderwijskwaliteit niet meer’
- ‘Sommige jongste kleuters zijn in eerste instantie een beetje bang voor haar’
- Luc Stevens: ‘Ieder mens is gebouwd om zichzelf te ontwikkelen en heeft een natuurlijke behoefte aan relatie, autonomie en competentie’
- Druk in de klas, rustig bij oma: deeltijd-ADHD?
- Schooladvies: vmbo-kader


31 juli 2016
Tineke Spruytenburg
Ze is nog geen 15 jaar, lijkt nergens bang voor en laat zich door niemand iets zeggen! Ze vloekt als een bootwerker, spreekt altijd net iets te hard en steekt nog net niet de ene sigaret met de andere aan. Het meisje intrigeert ook lerares Tineke Spruytenburg, vooral ook omdat ze het op school uitstekend doet, ook al vindt ze weinig of geen aansluiting bij andere kinderen. Haar blog: ‘Kwetsbaarheid verpakt in een stroom van woorden.’
Om de hoek van de straat stond een middelbare school. De leerlingen van de hogere groepen rookten na schooltijd in groepjes hun sigaret buiten het zicht van de docenten.
Op een dag verscheen er een meisje dat ik niet eerder had gezien. Ze droeg steeds hetzelfde verschoten jasje en een zelfgemaakt kort rokje, dat niet helemaal was gelukt. Haar lichamelijke rijping liet nog op zich wachten, maar dat deed aan haar zichtbaarheid niets af. Man, wat was die meid aanwezig! Ze vloekte als een bootwerker, sprak altijd net iets te hard en stak nog net niet de ene sigaret met de andere aan. Haar ogen waren zwaar opgemaakt, met zwarte lijnen rondom en veel mascara. Het sluike halflange haar hing in slierten langs haar gezicht. Ze was nog geen 15 jaar, leek nergens bang voor en liet zich door niemand iets zeggen!
Op school was het een goede leerling met prima resultaten. Ze kwam graag naar school, ook al vond ze weinig of geen aansluiting bij de andere kinderen. Bij een klasgenootje kwam ze af en toe thuis; daar was het mislukte rokje tot stand gekomen dat ze zo trouw droeg. De ouders van het meisje waren niet erg enthousiast over de vriendschap en de meisjes deelden ook weinig andere interesses dan kleding. De vriendschap sluimerde een tijdje en doofde in de loop van het schooljaar als een kaarsje uit. Ik betrapte me er op dat ik haar vaak observeerde, nieuwsgierig als ik was naar wie er achter het masker van de grove woorden en zwart gerande ogen schuil ging. Het bleek een kind uit het tehuis van een paar straten verderop, dat daar was geplaatst omdat zij in het samengestelde gezin van vader en zijn tweede vrouw niet te handhaven was.
Voordat het zover kwam, was er al het nodige gebeurd en had ze geleerd de mensen te wantrouwen. Haar make-up en houding waren het pantser dat ze droeg om zich te beschermen tegen de pijn van de afwijzingen, haar grote mond schreeuwde om gehoord te worden.Ze vertelde me hoe ze op de dag van de verhuizing naar het tehuis, zichzelf een nieuwe houding had aangemeten. ‘Van nu af aan zal iedereen moeten accepteren dat ik er bén.’ Die houding hielp haar om zich te handhaven tussen de anderen kinderen in het tehuis en om te gaan met de steeds wisselende volwassenen die er de leiding hadden. Verdriet schreef ze van zich af in brieven aan meisjes in verre streken en de eenzaamheid verwerkte ze door uren in warenhuizen rond te slenteren.
Ze had de conclusie getrokken dat ze voor zichzelf moest zorgen en ontwikkelde een sterk gevoel van autonomie. Ze voelde zich op school competent en haalde het eindexamen op haar sloffen. In tegenstelling tot de meeste kinderen verliet ze het tehuis op haar 18e met een middelbare school diploma, een baan en een kleine spaarrekening.
Haar hart stond zelden open en sloot zich als een oester als iemand dichtbij kwam. Kwetsbaarheid leerde ze verpakken in een stroom van goed gekozen woorden, waardoor de afstand tussen haar en de ander nooit werkelijk werd overbrugd.
Tineke Spruytenburg werkt als lerares, kindercoach en leerkracht-ondersteuner vanuit haar bedrijf Atreyu & Momo. Ze schrijft over onderwijs en bijzondere kinderen.