

- di 22 mei 2018
Debat in Leuven: ‘Hoe belangrijk is neurowetenschap voor opvoeding en onderwijs?’ - wo 23 mei 2018
Janusz Korczakmiddag in Maastricht - vr 25 mei 2018
Inspiratiemiddag over de ‘binnenkant’ van leerlingen in Amersfoort - Bekijk meer agenda punten
- za 26 mei 2018
Gratis proeven aan Pedagogische Tact of Pedagogisch Leiderschap - di 29 mei 2018
Meetup 0183 – Gorinchem: “Buiten de lijntjes” - wo 30 mei 2018
Masterclass in Rotterdam: Film ‘Iedereen is leraar’ en bezoek aan De Kleine Wereld - vr 01 jun 2018
Centrum voor ErvaringsGericht Onderwijs organiseren D-Day in Nijmegen-Lent - wo 06 jun 2018
Onderwijsavond Gert Biesta en Luc Stevens (uitverkocht): ‘Volwassenheid gewogen: Onderwijs op menselijke maat’ - do 07 jun 2018
Rond de tafel #3 in Utrecht: Perspectieven op filosoferen met kinderen en jongeren - do 07 jun 2018
Studiedag ‘Scoren in samenspel’ – Gent

Samenwerken hetkind.org/?p=64350

- Gert Biesta: ‘De wal keert het schip: velen accepteren de smalle definitie van onderwijskwaliteit niet meer’
- ‘Sommige jongste kleuters zijn in eerste instantie een beetje bang voor haar’
- Luc Stevens: ‘Ieder mens is gebouwd om zichzelf te ontwikkelen en heeft een natuurlijke behoefte aan relatie, autonomie en competentie’
- Schooladvies: vmbo-kader
- Druk in de klas, rustig bij oma: deeltijd-ADHD?


5 december 2017
Karin Donkers

Soms word je overvallen door een gevoel van moedeloosheid en frustratie, schrijft Karin Donkers. Een meisje, net 12 jaar, dat na twee uithuisplaatsingen weer ‘thuis’ is, terwijl je weet dat de situatie nog steeds niet stabiel is. En opnieuw vinden er gesprekken plaatst met de leerlingen, hulpverlening en moeder. Het lijkt alsof het kind hier een ‘draaideurcrimineel’ is. Hoe vaak moet dit meisje haar verhaal nog doen? Wat maakt dat we niet ‘kiezen’ voor het kind?
Even niets meer zeggen, gewoon stil zijn en alleen maar luisteren. De woorden komen aarzelend, maar daarna volledig ongecontroleerd. Zinnen onafgemaakt, vragend maar ook vol met wanhoop en radeloosheid.
Ik kijk recht in haar ogen om te ontdekken wat haar echt bezighoudt. Ik zie de angst en het verdriet, de grimas van spanning in haar gezicht. Ik hoef niet meteen een antwoord te geven, ik mag er best over nadenken.
Deze woorden schieten door mijn hoofd, wat moet ik doen of zeggen?
‘Ik kan je alleen helpen als ik er met je moeder of voogd over mag praten.’
Ze deinst terug, gevoel van spanning en bang voor wat er gaat komen. Ze wil dit niet horen, het is haar moeder die haar zoveel pijn doet. Ik pak haar hand en heel zachtjes knijp ik, is het echt of toch een nachtmerrie?
‘Het mag niet, het mag nooit en het moet stoppen nu meteen,’ zeg ik dan.
Ik schrik van mezelf, omdat ik weet dat ik deze belofte niet kan nakomen. Om haar mond verschijnt een flauwe glimlach en ik zie haar wat ontspannen.
“Als ik maar geen ruzie maak, doe wat er gezegd wordt en niet opval.”
“Als mama maar niet gaat drinken met de buurvrouw die ook alleen is.”
“Ik wil ook gewoon ‘s morgens door iemand wakker gemaakt worden.”
“Samen in het weekend leuke dingen doen, dat hoeft niet veel te kosten.”
“Een moeder die me ophaalt of naar een presentatie komt kijken in de klas.”
“Ik wil gewoon zijn, net als andere kinderen en vriendinnetjes mee naar huis.”
Even daarvoor heeft ze me verteld dat haar moeder in razernij kon uitbreken. Om zich heen kon slaan en mateloos geïrriteerd kon reageren op geluid. Vaak kon ze op tijd wegduiken, maar een andere keer incasseerde ze klappen. Totdat het weer rustig werd in huis en moeder in haar bed haar roes uitsliep.
Maar dan was ze alleen en eenzaam, zelfstandig en veel te vroeg volwassen. Ze zorgde voor zichzelf zoals ze het als voorbeeld had gekregen, dus niet goed.
Een meisje van van 12 jaar en al twee keer eerder uit huis geplaatst. Om na twee weken crisisopvang en zes weken pleeggezin weer naar huis te moeten. Heen en weer gesold om vervolgens weer terug te keren in dezelfde situatie. Beloftes worden gedaan, een voogd wordt toegewezen en beterschap beloofd.
Hulpverlening in het gezin, begeleiding en therapie voor moeder opgestart.
Hoe vaak moet dit meisje haar verhaal nog doen?
Wat maakt dat we niet ‘kiezen’ voor het kind en ouders zoveel kansen krijgen?
Ik kan dit niet veranderen, ik kan er alleen maar zijn, samen met de leerkrachten.
Keer op keer het verhaal aanhoren en proberen oplossingen te vinden.
Zorgen voor een veilige en prettige plek op school en in de klas.
Het systeem in beweging proberen te zetten om dit kind en vele anderen te redden.
Maar wat is het systeem log en wat wordt er een geduld gevraagd van slachtoffertjes.
Realiseren we ons dan niet dat deze kinderen getekend zijn voor het leven?
Oh, wat zou ik graag het verschil willen maken.
Karin Donkers was schoolleider op De Cocon, een school voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs, en is nu kwartiermaker voor de nieuwe Openbare School van Ronduit Onderwijs, de Vroonermeerschool.